STANDPUNT VAN
Over de eenvoud van de klimaatoplossing en de wirwar van het debat errond
– Pieter Boussemaere in gesprek met Yves Pepermans
Er zijn tegenwoordig heel veel mensen die over klimaat communiceren. Jouw hoofdboodschap is dat we bij de essentie van klimaatopwarming moeten blijven.
Vanaf 2007 valt een enorme piek vast te stellen in wat er over klimaatverandering verschenen is in de Vlaamse media. En sinds die tijd heeft zowat elke organisatie of expert die ook maar iets met klimaat te maken heeft, er alles aan gedaan om zijn wagonnetje aan die trein te haken. Dat zorgde voor een kakafonie aan klimaatverhalen die mensen vaak verward achterlaten en hen afleiden van de essentie van het klimaatprobleem.
Ook het systeemdenken heeft bijgedragen tot de kakafonie. Systeemdenken betrekt er per definitie alles bij. Ik versta die redenering volledig vanuit academisch oogpunt. Maar als je alles aan elkaar verbindt, dan kan je er op den duur niet meer over praten, zeker naar het grote publiek toe, omdat het zo complex wordt. De Grieken stelden al vast dat de werkelijkheid zo groot is dat, als je die wil bespreken of vat op krijgen, je moet werken met onderdelen. Je moet complexe dingen juist proberen eenvoudig te maken zodat mensen het gevoel hebben dat het behapbaar is en dat ze er ook iets aan kunnen doen.
Het is die overkill aan invalshoeken van verschillende belangengroepen waar ik mij zo hard tegen verzet.
Noot: De klimaatessentie betekent dat de hoge uitstoot van broeikasgassen voor een ongezien snelle opwarming van de aarde zorgt. De hoofdoorzaak daarvan is de verbranding van fossiele brandstoffen en ontbossing (vooral dan in de tropen). En daar ligt ook de oplossing. Idealiter halveren we de wereldwijde ontbossing en het gebruik van fossiele brandstoffen tegen 2030, om zo de verdere klimaatopwarming te kunnen stabiliseren tot een aanvaardbaar niveau.
Maar het verbreden van het klimaatthema naar andere thema’s zoals gezondheid, verkeersveiligheid, naar ruimte in de stad, is misschien wel een manier om er meer mensen bij te betrekken?
Als je alles onder de klimaatnoemer zet, ga je de reeds bestaande verwarring vergroten en ga je ook sneller weerstand opwekken. Maar het is niet omdat je klimaat klimaat laat zijn, dat je niet meer over andere problemen kan praten. Dat zijn gewoon andere discussies.
Ruimtelijke ordening is bijvoorbeeld een probleem met eigen oorzaken en gevolgen. Ik ben voor een betonstop, maar het is geen cruciale klimaatmaatregel. Vooral ook omdat ruimtelijke ordening iets is dat zeer traag gaat. Dat is een tanker die moeilijk kan keren. Als je het als een cruciale klimaatoplossing wil framen, komt het per definitie te laat.
Ook overbevolking lijkt me een interessant topic om apart aandacht aan te besteden. En dan kan je in de marge wel zeggen dat het afremmen van de bevolkingsgroei ook de klimaatproblematiek ten goede komt, maar het is geen absolute voorwaarde om van fossiele brandstoffen af te raken. Dat laatste geldt ook voor andere problemen zoals migratie, armoede, betaalbaarheid van de sociale zekerheid.
"Voor drie vierde van de oplossingen weten we ook dat het alternatief nu al voor handen en betaalbaar is. Ook voor het resterende vierde zijn de oplossingen gekend, alleen moeten ze nog opgeschaald en betaalbaarder worden."
We weten wat er moet gebeuren. Waarom gebeurt er zo weinig op politiek vlak?
De grote lijnen zijn gekend, de oplossingen vind je terug in heel veel rapporten. In de consensusrapporten van de Europese Commissie, het Planbureau voor Leefmilieu Nederland, het International Renewable Energy Agency, … staat alles objectief uitgeschreven wat nodig is om van fossiele brandstoffen af te geraken. Voor drie vierde van de oplossingen weten we ook dat het alternatief nu al voor handen en betaalbaar is. Ook voor het resterende vierde zijn de oplossingen gekend, alleen moeten ze nog opgeschaald en betaalbaarder worden.
Waarom doen we het dan niet? In de eerste plaats spelen natuurlijk allerlei gevestigde belangen. Maar soms gaat het hem ook om pure kennis. Zo merk ik dat zelfs mensen die er veel mee bezig zijn of hoge sleutelposities innemen, niet altijd op de hoogte zijn van de kern van de klimaatoplossing. Ik vraag me soms af of de rapporten wel gelezen worden.
Greta Thunberg is bekend van haar boodschap: “I want you to panic. I want you to feel the fear I feel every day.” Tegenwoordig is het bijna bon ton om te zeggen dat we niet mogen doemdenken. Dat apocalyptische beelden en terminologie mensen eerder passief maken dan engageren.
Het is juist heel belangrijk om mensen duidelijk te maken wat het worstcasescenario kan zijn. Dat is geen doemdenken, dat is tonen wat de wetenschap zegt als we de komende 20 jaar die wereldwijde uitstoot niet drastisch naar beneden krijgen. Onze toekomst ziet er ook levensgevaarlijk uit, ook al ontsnappen we waarschijnlijk aan het meest apocalyptische scenario. Bij een huidig business-as-usual stevenen we volgens de meest recente berekeningen namelijk af op een wereldwijde gemiddelde opwarming van 3 tot 4 graden Celsius tegen 2100. Genoeg om onze wereld op z’n kop te zetten. Maar een apocalyptische +5 of 6 graden is gelukkig niet langer realistisch.
De verhouding probleem versus oplossing moet kloppen en dat doen mensen zoals Greta misschien verkeerd. Je moet het probleem kort duiden, om daarna meer dan de helft van je tijd spenderen aan de oplossing. De meeste klimaatcommunicatie doet het net andersom.
"Je moet het probleem kort duiden, om daarna meer dan de helft van je tijd te spenderen aan de oplossing. De meeste klimaatcommunicatie doet het net andersom."
Willen mensen hun gedrag wel veranderen?
Dat hoop ik wel. Maar het is aan ons om daar verstandig over te communiceren door bijvoorbeeld woorden als ‘gedrag’ en ‘gedragsverandering’ te vermijden. Dat zijn woorden die komen met een eigen gevoelswereld. Gedragsverandering is zeggen dat je je gewoonten moet aanpassen, dat je niet meer op reis kan gaan, dat je geen vlees meer mag eten, dat je slecht bezig bent. Men vreest dat er meer regels gaan komen, en minder vrijheid. Dat wekt weerstand op. Je moet niet afkomen met een verhaal over klimaatoplossingen dat impliceert dat we erop achteruit gaan of dat we iets gaan afnemen. Mensen ageren vanuit hun gevoelens. Ik gebruik dat woord dus nooit.
Ikzelf probeer de zaken altijd concreet te benoemen, zoals: isoleer je huis, kies de juiste stroom, ga voor 100% led-verlichting, enzovoort. Vaak gaat het bovendien om eenmalige inspanningen die je comfort juist vergroten. En dat concreet benoemen van de cruciale actiepunten klinkt veel minder betuttelend of angstaanjagend dan ‘gedragsverandering’.
Bestaat er een tegenstelling tussen zij die bezig zijn met het einde van de maand en het einde van de wereld?
Bezig zijn met ‘het einde van de wereld’ is inderdaad een luxesituatie. Als je elke maand moet nadenken over hoe je kan rondkomen, dan heb je weinig tijd over voor andere dingen. Maar deze mensen moeten zich ook het minst schuldig voelen. In mijn boek staat dat juist mensen met de minste centen, doorgaans ook de kleinste klimaatafdruk hebben. Die moeten dus in principe niet veel meer doen om hun persoonlijke klimaatafdruk te verminderen. Maar de verantwoordelijkheid van de rijken daarentegen, is verpletterend. Zij hebben niet alleen de hoogste voetafdruk, ze hebben tegelijk ook de middelen om deze met de helft te verminderen zonder aan comfort in te boeten.
“Als je elke maand moet nadenken over hoe je kan rondkomen, dan heb je weinig tijd over voor andere dingen. ”
Hoe moeten beleidsmakers die sociale tegenstelling overbruggen?
Dat is niet zo moeilijk. Begin met de lasten op elektriciteit te verlagen en te verschuiven naar olie en gas. Ondersteun de uitrol van elektrisch vervoer door voldoende laadpalen te voorzien voor mensen zonder eigen woning of garage. Subsidieer de goedkopere elektrische wagens en bouw dit (bescheiden) subsidiesysteem af in de tijd, naarmate elektrische wagens goedkoper worden. Zo voorkom je een nieuw zonnepanelendebacle. Enzovoort.
Is betaalbaarheid niet de achilleshiel van het klimaatbeleid?
Er zijn gigantisch veel investeringen nodig. De SERV (Sociaal Economische Raad van Vlaanderen) schat dat Vlaanderen als geheel (overheden, bedrijven en particulieren samen) jaarlijks zo’n 9 miljard €/jaar extra zou moeten investeren om de klimaatdoelen van 2030 te halen. Maar dat betekent niet dat de gewone mens daarvan de dupe moet zijn. Er is veel geld in de wereld. Alleen moet je het bij de juiste mensen, bedrijven of instanties halen.
Bovendien moet je een onderscheid maken tussen kosten en investeringen. Wij investeren als samenleving of bedrijf continu. Zo werkt ons kapitalistisch systeem. En zowat alle klimaatinvesteringen verdienen zich op termijn terug omdat je dan geen fossiele brandstoffen meer moet betalen.
De kost is dat deel van de investering dat je op het einde van de rit niet terugverdiend hebt. Hoe hoog de kost is, is onder meer afhankelijk van de berekening van de terugverdientijd. Alle investeringen die niet zijn terugverdiend tegen 2030, worden gezien als een kost. Maar verleng je de terugverdientijd tot 2040, dan daalt die kost nog verder en in de meeste gevallen word je er zelfs rijker van. Vergelijk het met het isoleren van je huis. Je zou kunnen zeggen: wie wil er nu 10 tot 30 jaar wachten tot je iets hebt terugverdiend? Dat kan als Europa speciale ‘klimaatleningen’ stimuleert en ondersteunt die over 10 of 30 jaar lopen.
"Bovendien moet je een onderscheid maken tussen kosten en investeringen. ... De kost is dat deel van de investering dat je op het einde van de rit niet terugverdiend hebt."
Dat is een onderdeel van de Green Deal. Kan dat een positief kantelmoment zijn?
Binnen Europa overweegt men inderdaad om met langlopende leningen specifiek voor klimaatinvesteringen te werken. De leningen hoeven lidstaten niet in hun begroting te schrijven. Zo kan je een begroting in evenwicht presenteren los van alle klimaatinvesteringen. Als dat in een wet omgezet wordt, kan dat een heel groot verschil maken.
Godzijdank is er Europa. Kijk naar de klimaatonderhandelingen in Parijs. Europa kon overtuigend aantonen dat haar economie is gegroeid en tegelijk haar uitstoot verminderde. Met technologische investeringen en energie-efficiënte kan je dus wel degelijk economisch vooruit gaan en iets doen voor het klimaat. De voorbeeldfunctie van Europa betekent veel voor de wereld en was cruciaal om ontwikkelingslanden als Indië in Parijs overstag te laten gaan.
Stel dat je nu een week minister was. Welke maatregel of beleidsinstrument is een gamechanger om hernieuwbare energie te stimuleren?
Het eerste werk is de fiscale en juridische omkadering goed maken. Men doet nu net het omgekeerde van wat we moeten doen. Als je weet dat elektrificatie de oplossing is, waarom leg je dan zoveel taksen op elektriciteit? Meer dan de helft van de elektriciteitsfactuur van een doorsnee gezin bestaat uit belastingen en openbare dienstverplichtingen. Gas wordt amper belast en is daardoor heel goedkoop in België. Als je de juiste incentives wil geven, dan moet je de lasten op elektriciteit naar fossiele brandstoffen verschuiven. Dan maken mensen automatisch de juiste keuzes.
Lokale besturen hebben het burgemeestersconvenant voor 2030 afgesloten om 40% minder broeikasgassen uit te stoten. Zij hebben echter beperkte middelen, kunnen geen 200 acties doen en zijn vaak afhankelijk van Vlaanderen of België. Waar moeten lokale besturen het meest op inzetten?
Met voldoende centen kan je alvast inzetten op elektrificatie van het transport. We weten dat 50% van de Vlaamse gezinnen geen eigen garage heeft. Lokale overheden kunnen al veel doen door laadpalen te zetten in straten waar mensen elektrische wagens willen kopen. Met beperkte middelen moet je vooral inzetten op gebouwen. Het eigen patrimonium duurzaam maken, maar ook in kaart brengen waar er huis per huis op termijn een warmtenet kan komen, en waar individuele oplossingen zoals warmtepompen nodig zijn.
Sommige gemeenten zijn dat ook aan het doen. Ik heb de indruk dat in Vlaanderen veel goede dingen gebeuren, maar het blijft bij projecten. Het blijft klein, men zou het moeten opschalen.
In het begin van de energietransitie waren wij koploper. Denk aan windturbines op zee. We stonden in de top 4 van de wereld. Op veel vlakken zijn we fantastisch goed mee. Er zijn heel wat bedrijven die fenomenale dingen verwezenlijken. Nu moeten we inderdaad aan schaalvergroting doen. Maar dan valt het stil in ons land, omdat we zo een versnipperende overheid hebben.
Overheden, verenigingen en particulieren zetten graag in op boomplantacties. Is dat goed als klimaatbeleid?
Een boom planten is nooit verkeerd. Bomen zijn goed voor klimaatadaptatie, voor biodiversiteit, voor onze mentale gezondheid. Maar het kan ook gebruikt worden als greenwashing. Want tegelijkertijd hoef je niet met de essentie van klimaat bezig te zijn. Het mitigatie-effect van het planten van een boom bij ons, is namelijk marginaal. De Universiteit Antwerpen berekende dat de Vlaamse doelstelling om 10.000 ha extra bos aan te planten (dat blijft staan tot 2100) jaarlijks 0,04% compenseert van de Belgische uitstoot.
Wat vind je van boscompensatie in het Zuiden?
Op zich vind ik het een goed idee, want het is daar ook goedkoper en de impact is groter. Maar compensatie is alleen goed voor dingen waar er nog geen alternatief voor bestaat. Kijk naar de vluchten waar je nog geen ander reisalternatief voor hebt. Maar als je compenseert omdat het geld op is om bijvoorbeeld 4 gebouwen extra te gaan isoleren, dat is dat de verkeerde keuze. Spaar beter het geld tot je 4 jaar later effectief kan isoleren. Want anders is boscompensatie echt greenwashing.
Is het de moeite om met klimaatontkenners in debat te gaan?
Je hebt 3 soorten klimaatontkenners. Diegenen die beweren dat er geen klimaatopwarming is. Daar kan je het tegendeel gemakkelijk aantonen. Want als ijs smelt, dan smelt het ijs. Dan heb je diegenen die beweren dat de mens geen hoofdschuldige is. Maar dat hoor je steeds minder. En de grootste en meest gevaarlijke groep beweert dat het allemaal wel zal meevallen als we de komende 20 jaar gewoon verder doen zoals we bezig zijn.
Moet je de claims van deze klimaatontkenners altijd doorprikken? Ja, op social media moet je dat wel doen. Er zijn mensen die het goed voor hebben en juist op zoek zijn naar een tegengeluid met onderbouwde argumenten erin. In lezingen of face-to-face gesprekken is het moeilijker. Dan hangt het echt af van de interactie met de persoon die voor je zit.
En de verwarring door de overdaad aan informatie te verminderen door hoofd- en bijzaak aan te geven?
Ja, want dan creëer je hoop, kansen en inzichten. En dan zijn mensen sneller bereid iets te doen.
LEESTIP
10 klimaatacties die werken
In Tien klimaatacties die werken vertrekt Pieter Boussemaere van de naakte feiten. Vrij van ideologisch of politiek getouwtrek biedt hij tien acties die wetenschappelijk onderbouwd zijn en echt werken. Het is een praktisch boek voor wie zijn steentje wil bijdragen en op zoek is naar doelgerichte oplossingen.
Pieter Boussemaere is docent geschiedenis en klimaat aan de Vives Hogeschool in Brugge en is al jaren een veelgevraagd spreker.
Meer weten?
Yves Pepermans
Klimaatadviseur
Dienst Duurzaam Milieu- en Natuurbeleid